Redactie
Redactie Confession 4 apr 2023
Leestijd: 4 minuten

Florine (22): ‘Ik steel regelmatig eten van mijn collega’s, om een reactie uit te lokken’

erhalen die je liever niet aan de grote klok wil hangen óf aan je eigen vriendinnen wil vertellen, terwijl het wel de hoogste tijd is om je hart te luchten. Say no more. In ‘Confession’ lees je iedere week verhalen en gebeurtenissen die soms herkenbaar zijn, en soms ook niet. Maar een ding hebben wij allemaal gemeen: ieder van ons heeft wel eens iets meegemaakt of gedacht wat je liever niet openlijk uit. Omdat je denkt dat je de enige bent.

Deze week vertelt Florine* over haar situatie op werk.

Ik steel regelmatig eten van mijn collega’s

“Een aantal maanden terug begon ik aan een nieuwe baan. Het was de eerste ‘volwassen’ baan na mijn studie en ik wilde me nog een beetje bewijzen. Daarom bleef ik vaak wat langer doorwerken. Ik was dus vaak als laatste op kantoor.

Het viel me op een gegeven moment op dat veel mensen daar dingen op hun bureau lieten slingeren, wat me na een tijdje behoorlijk begon te irriteren. Aan het begin kon ik me er nog niet heel erg aan ergeren, maar op een gegeven moment begon ik me te realiseren dat we ook belangrijke klanten over de vloer krijgen, die deze rommelige bureaus óók zien. Ik vind dit behoorlijk onprofessioneel.”

Opgeruimde bureaus hoefde ik niet te verwachten

“Toen ik me na een tijdje comfortabel genoeg voelde om mijn rommelige collega’s op hun bureaus aan te spreken, waren zij het niet helemaal met me eens. Ze vonden dat hun bureau hun ‘eigen plekje’ was, waar zij mee konden doen wat ze wilden. Het resultaat? Bureaus vol kaarsen, ettenswaren, mandjes vol nutteloze spulletjes zoals nagellak, vijlen, tientallen pennen en zelfs een kerstbal (?). Ik ergerde me er kapot aan.

Inmiddels was ik eraan gewend om als laatste op kantoor over te blijven, wat ik fijn vond omdat ik me dan in stilte kon concentreren. En eerlijk gezegd weet ik niet meer precies hoe het ging, maar een collega had nog een halve reep chocolade op haar bureau liggen, die me al de hele avond aanstaarde. Ik dacht dat een stukje vast geen kwaad kon, en brak een stuk af. Je begrijpt: dit werd uiteindelijk de hele reep.

De volgende ochtend viel het mijn collega natuurlijk op dat haar reep was opgegeten. Ze maakte er gelukkig geen big deal van, maar vond het wel frappant en vroeg zich af wie het had gedaan. Hier had ik natuurlijk kunnen zeggen dat ik het was, maar vond het aan de andere kant ook een les voor haar. Moest ze haar spullen maar niet laten rondslingeren op kantoor. Ik hield mijn mond.”

Eigen schuld, dikke bult

“Een tijdje later was ik weer tot laat op kantoor. Ook dit keer had een collega weer wat lekkers op haar bureau liggen (een KitKat). Ik at hem op, en de volgende dag vroeg ook deze collega zich af wat er met haar eten was gebeurd. Een beetje lacherig gaven we de schoonmakers de schuld, en we gingen weer verder met onze dag.

Zo ging het een tijdje door. Had een collega een doos donuts gekregen van een klant? Dan at ik er ‘s avonds een paar op, en waren mijn collega’s de volgende dag weer verbaasd. Het ging van kwaad tot erger. Een paar collega’s hadden een aantal flessen wijn ontvangen, die ze maar niet meenamen (of opdronken). Ik ergerde me er weer aan dat het maar bleef staan, dus nam ik zelf maar een fles mee. Eigen schuld, dacht ik.

Op een gegeven moment begon ik er een spelletje van te maken. Noem me een sadist, maar ik genoot ervan om mijn collega’s ‘s ochtends zo gefrustreerd te zien. Soms, als voor de verandering eens niemand iets op z’n bureau had liggen, dook ik zelfs de koelkast in om daar te kijken of iemand iets had achtergelaten. Zo had ik vaak een hele maaltijd achter mijn bureau, en hoefde ik zelf niet meer te koken. Om mezelf niet verdacht te maken (ik was natuurlijk een van de weinigen met een opgeruimd bureau, én ik bleef altijd als laatste over), besloot ik ook maar wat ‘van mezelf’ te stelen. Zo kon ik meedoen aan dat hele ‘ik ben gefrustreerd want mensen stelen mijn eten’-spelletje, terwijl ik het gewoon zelf was.”

Stoppen? Welnee

“Na een tijd werd het hele bedrijf erbij betrokken. Iedereen vroeg zich af wie nou die mysterieuze kleptomaan was, en er werden zelfs camera’s opgehangen. En toen werd het tricky. Gelukkig namen de camera’s niets op, maar hingen ze er alleen als waarschuwing (de schoonmakers kregen nog steeds de schuld). Ik kon dus nog steeds lekker mijn gang gaan.

Inmiddels letten mensen wel iets beter op wat ze op kantoor rond laten slingeren. Het gebeurt amper meer dat ik een reep chocola tegenkom, maar ik plunder wel nog steeds regelmatig de koelkast. Of ik van plan ben hier binnenkort mee te stoppen? Ik denk het niet. Ik vind het veel te lekker, en nog steeds grappig om te zien hoe mijn collega’s zich ergeren aan het verdwijnen van eten. De kans dat ik word gepakt is nihil, dus ik zou niet weten waarom ik ermee moet stoppen.”

*Wegens privacy redenen zijn details in dit verhaal veranderd.

Wil je ook je hart luchten of een verhaal kwijt? Stuur ons een mailtje via [email protected].

Confessions: ‘Hij gaf haar stiekem antibiotica, zodat ze niet zou weten dat hij haar een soa had bezorgd’